Memo

Na een minuut stilte ter nagedachtenis van Marco Pantani begonnen de renners rustig aan de wedstrijd, in het eerste uur werd niet eens 32km afgelegd. Maar dan spatte de koers open. Frank Vandenbroecke gaf er na 39km samen met Marco Serpellini een ferme snok aan en het peleton viel uiteen. Na 66km kwamen 4 renners op kop : David Montcoutié, Sean Sullivan, Benny de Schrooder en Kirylo Pospeyev. Het peleton liet echter niet begaan en aan de voet van de tweede beklimming van de Passo del Ginestro zat alles weer op een zakdoek.

Davide Rebellin plaatste een stevige demarage tijdens de beklimming en zorgde er zo voor dat een kopgroep van 13 renners ontstond, die op de top meer dan een minuut voorsprong had op het eerste peleton. In de vallei kwamen 12 anderen terug, de grote groep bleef hangen op een minuut. Op de laatste beklimming op zo’n 30km van de streep sprong Kim Kirchen vooraan weg. Simone Masciarelli probeerde aan de klampen maar moest toch lossen. Op de top had hij 10” achterstand. De achtervolgende groep volgde op 40”, maar ook het peleton kwam dichterbij en raapte de andere achtervolgers in de vallei één voor één op.

Voor Fassa Bortolo was dit het perfecte scenario : CSC, Gerolsteiner en Rabo moesten in het peleton het werk opknappen om Kirchen opnieuw in te rekenen, Fassa en dus ook de winnaar van vorig jaar Filippo Pozzato zaten in een zetel. En toen Kirchen werd ingelopen, namen de Fassa’s het commando over. Popovych en Rebellin kregen geen vrijheid meer toen ze in de slotkilometers nog weg probeerden te springen en in de sprint maakte Pozzato simpel af.
Willem Vandoorne